Maas-Buurtspoorweg (MBS)


De N.V. Maas-Buurtspoorweg (MBS), opgericht op 28 december 1911 te Gennep, is een voor-0malig bedrijf voor openbaar vervoer, dat tussen 1913 en 1949 per stoomtram, motortram en later alleen autobus een verbinding onderhield op de tramlijn Nijmegen - Venlo. Daarnaast werden verschillende kleine lijnen overgenomen zowel bij Nijmegen als bij Venlo. De MBS is in 1949 samen met Vitesse opgegaan in de Zuidooster. Grote delen van het traject worden in de 21e eeuw nog bediend door buslijn 83.

Geschiedenis

Sinds de aanleg in 1883 van de spoorlijn Nijmegen - Venlo (Maaslijn) op de westelijke Maas-oever wilde men ook aan de oostkant een goede verbinding tussen Nijmegen en Venlo hebben. In juni 1900 werd hiertoe bij Provinciale Staten van Limburg een eerste verzoek ingediend voor een stoomtramweg, dat vooralsnog werd afgewezen. De ondernemers Van der Grinten en Cremer, eigenaren van een hotel in Plasmolen, wilden niet wachten en zetten in 1907 tussen Nijmegen, Plasmolen en Gennep een dienst op met Londense omnibussen. De rijksweg was in zeer slechte staat en de lijn werd geen groot succes. Met de komst van de MBS-tram in 1913 staakten de hoteleigenaren hun particuliere initiatief.

De aanleg van de tramlijn in de westelijke berm van de rijksweg startte in 1911 na de op-richting van de MBS. Op 31 mei 1913 begon de exploitatie van zowel het reizigers- als het goederenvervoer per tram met zes nieuwe stoomlocomotieven, waaraan later dat jaar nog twee werden toegevoegd. Alle acht stuks werden gebouwd door Hohenzollern in Düsseldorf. In Gennep, naast het hoofdkantoor van de Noord-Brabantsch-Duitsche Spoorweg-Maat-schappij (NBDS) die aandelen had in de naamloze vennootschap MBS, was tot 1925 de directie gevestigd. Daarna verhuisde de MBS naar een ander pand. Op enkele tientallen meters van het kantoor kruiste de tramlijn met de NBDS-spoorlijn Boxtel - Wesel.

Het aantal passagiers van de stoomtram groeide in de eerste jaren, maar de Eerste Wereld-oorlog zorgde voor een moeilijke tijd.

Autobussen kwamen in deze jaren in opmars. Vanaf 1923 nam het trambedrijf bussen in gebruik. In 1930 werd de noodlijdende Stoomtramweg-Maatschappij Venlo - Maasbree - Helden (VMH) overgenomen en vanaf 1933 werd ook de tramlijn Nijmegen - Wamel van de Stoomtram Maas en Waal door de MBS geëxploiteerd. Vanaf 1936 nam de MBS ook bus-bedrijven over, eerst Van Oosten & Peerenboom, in 1937 Quick, in 1938 Groos en in 1939 Burgers & Arts.

Het personenvervoer per tram nam in de jaren dertig sterk af. Ook de concurrentie met het goederenvervoer door de opkomst van de vrachtauto was groot. Doordat er een wildgroei van busondernemingen was, greep de overheid in 1939 in.

Door de opkomst van een nieuwe generatie dieselmotoren kreeg de tram midden jaren dertig als motortram weer bestaansrecht, maar een groot tekort aan dieselolie maakte in de jaren 1940-1945 hieraan een einde. De stoomtram werd weer ingezet, maar het materieel was versleten en duur in gebruik. De dieseltrams werden voorzien van houtgasgeneratoren en konden zo weer worden gebruikt. Hoewel de passagiers in toenemende mate gebruik maakten van de tram, zorgde de slechte staat van het materieel voor grote vertragingen.

Na de luchtlandingen bij Nijmegen op 17 september 1944 werd de tramlijn door oorlogs-handelingen ernstig vernield. Die dag reden de laatste trams. In 1946 werd besloten het trambedrijf niet te hervatten en werd het spoor opgebroken. De stoomlocs werden gesloopt. De motortrams, de laatst overgebleven postbagagewagen (de rest werd motorlocomotief) en de oorspronkelijke MBS-rijtuigen werden verkocht aan de Rotterdamsche Tramweg Maat-schappij, waar een deel van dit materieel tot 1966 dienstdeed.

De volledige vloot goederenmaterieel en een grote hoeveelheid rails werden verkocht aan de Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg-Maatschappij.

Bezit 1928

In 1928 bezat de MBS:

  • 9 autobussen
  • 1 Chevroletwagen,
  • 1 Ford-omnibus
  • 6 Ford-vrachtwagens
  • 5 Chevrolet-vrachtwagens
  • 1 vijftonner (Dion Bouton)

Museumvoertuigen

  • Bij de Stichting voorheen RTM bevindt zich een 'Limburgs tramstel', bestaande uit in 1946 door de RTM van de Maas-Buurtspoorweg overgenomen materieel dat tot 1944 had gereden op de tramlijn Nijmegen – Venlo.
    • Een van de in de jaren dertig uit een postbagagewagen verbouwde motortrams van de MBS uit 1913, die in 1946 aan de RTM was verkocht, keerde in 1966 terug in Gennep, bij de Page-fabriek. Vervolgens ging de tram in 1967 naar het Nederlands Spoorweg-museum, dat het rijtuig in Utrecht tentoonstelde. Sinds 1991 is het in langdurige bruik-leen gegeven aan de Stichting voorheen RTM te Ouddorp en is sinds 2003 eigendom van deze stichting. Sinds eind 2009 is deze loc weer in rijvaardige staat. Deze loc is echter niet een volledig originele MBS-locomotief. De voormalige D IV van de MBS kwam bij de RTM als M 68 kort na de oorlog weer in dienst, doch brandde snel daarna volledig uit. Op basis van het frame werd, met gebruikmaking van delen van een bagagewagen, de loc naar analogie van het origineel, maar niet identiek, weer op-gebouwd en nu genummerd M 67.
    • Daarnaast bestaan twee originele houten rijtuigen van de MBS, zij het in RTM-uitvoering. De AB 417 werd in 1963 door de Rotterdamsche Tramweg Maatschappij aan het Nederlands Spoorwegmuseum geschonken. Dit rijtuig is sinds 2013 weer in dienst in Ouddorp. Bij de opheffing van de laatste RTM-lijnen was ook het rijtuig AB 414 aanwezig, dat in 1965 door de Tramweg-Stichting werd aangekocht. Na een afronding van een vijf jaar durende restauratie werd rijtuig AB 414 op 30 september 2017 in dienst gesteld.
  • Verder bestaat nog de geheel gemoderniseerde RTM-locomotief MD 1805, opgebouwd uit onderdelen van een MBS-locomotief met een moderne opbouw. Deze locomotief is even-eens in Ouddorp actief.
  • Eveneens te bezichtigen in Ouddorp is het RTM-rijtuig BPD 1631 dat werd gebouwd op basis van een ex-MBS-stoomtramrijtuig.
  • Goederenwagen 208 is (per dec. 2006) aanwezig bij de Museumstoomtram Hoorn - Medemblik (niet bedrijfsvaardig).

Zie ook

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Externe links/verwijzingen

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Bronnen, noten en/of referenties

  1. Dijkers, A. (2004), De rijtuigen van de Nederlandse paarden-, stoom- en motortramwegen. Leiden: NVBS. ISBN 9080888516
  • P.J.M. Rutten: Maas-Buurtspoorweg. 35 jaar tram en bus in Noord-Limburg 1913-1948. Uitg. Schuyt en Co, Haarlem, 1991 (nr. 18 van de NVBS-boekenreeks). ISBN 90-6097-307-0
  • Rudi Liebrand: Het verhaal van de Maas-Buurttram. Uitgebreide editie, eigen uitgave, Elst 2013. ISBN 978-1-291-65025-9

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Geraadpleegde bron: nl.wikipedia.org/wiki/Maas-Buurtspoorweg - 07-09-2023


Pagina bijgewerkt: 15 oktober 2023